Nr. 76 - Mei 2014 - 7e Jaargang Verschijnt 1x per maand


De Bedelaar


‘Toen hij - Bartimeüs - hoorde dat het Jezus van Nazaret was,
begon hij te schreeuwen en te roepen:
‘Zoon van David, Jezus, heb medelijden met mij.’
Markus 10:46-52 WB Vert.


Bedelaars: iedereen heeft er wel eens mee te maken gehad. Ook in Nederland zijn veel bedelaars. Denk maar aan de daklozen, de zwervers, maar ook aan de vele buitenlanders die zonder vaste woon- of verblijfplaats hun straatkrant proberen te verkopen. Bedelen wordt, hoewel vaak gezien als ongewenst, veelal stilzwijgend getolereerd. Er wordt dan ook vaak met minachting naar deze mensen gekeken, maar beseffen wij wel dat dit ons ook had kunnen overkomen?

Het schijnt dat Bartimeüs niet alleen blind was , maar ook arm en daarom aan de kant van de weg zat te bedelen om in zijn levensonderhoud te voorzien. Toen hij hoorde dat Jezus van Nazareth voorbij kwam begon hij te schreeuwen: “Jeshuah, Zoon van David, heb medelijden met mij.” Wanneer er iemand naar ons begint te schreeuwen, hebben we min of meer de neiging om ervan weg te lopen of om die persoon tot zwijgen te brengen. Bartimeüs wist dat de Messias zou komen uit de lijn van David. Hij kende de schriften en geloofde de schriften. “Op die dag horen de doven de woorden die uit een boek worden voorgelezen en zien de blinden, want hun ogen zijn bevrijd van duisternis en donker”. Jes.29:18 (WBV) En ondanks dat de voorbijgangers probeerden hem tot zwijgen te brengen, begon hij nog harder te schreeuwen: “Jeshuah, Zoon van David, heb medelijden met mij.” Door dit uit te schreeuwen erkende hij dat Jeshuah de Messias was. ( Yeshuah is de Hebreeuwse Naam voor Jezus, wat "Verlosser" betekent ). Jezus bleef staan en zei: ‘Roep hem’.

Opvallend is, dat Jezus de roep van Bartimeüs hoorde en daardoor stil bleef staan. Iemand had Hem herkend vanuit de Schrift! Deze hele menigte volgde Jezus om Zijn wonderen, maar niet om wie Hij werkelijk was die komen zou, namelijk de Redder van deze wereld. Het is opvallend dat de mensen eerst probeerden hem tot zwijgen te brengen, maar dat op het Woord van Jezus zij hun houding veranderden. Zij lieten hem weten dat Jezus hem riep om te komen. Bartimeus gaf gehoor aan Zijn uitnodiging, wierp zijn jas weg en alles wat hem in de weg stond, sprong overeind en ging naar Hem toe. Daarop zei Jezus tegen hem: ‘Wat wilt u dat Ik voor u doe?’ En Bartimeüs zei tot Hem: ‘Rabboeni, wat Meester betekent, dat ik ziende word.’ Jezus zei tot hem: "Ga heen, uw geloof heeft u behouden!". En terstond werd hij ziende, en volgde Jezus .

Door de zonde zijn we allemaal geestelijk blind en bevinden ons daardoor in diepe duisternis. Wij hoeven Bartimeüs niet te laten weten dat hij blind was, hij werd hier iedere dag mee geconfronteerd , maar de vraag naar jezelf is: "Wil ik geconfronteerd worden met mijn geestelijke blindheid? En wat doe ik er dan mee? Of blijf ik hardnekkig volhouden dat ik het wel weet net zoals de Farizeeën deden waardoor zij hun redding misliepen?" Joh. 9:39-40 Ben je bemoedigd door dit woord? Laat anderen het weten!


Gods zegen,
Tjitske




home










Lees meer »